Bij het programmeren denken de meeste mensen waarschijnlijk aan ingewikkelde coderegels met veel afkortingen, haakjes en andere symbolen. Maar het programmeren van een robot kan ook heel eenvoudig zijn, bijvoorbeeld met de software die Festo heeft ontwikkeld voor zijn pneumatische lichtgewicht robot, de BionicCobot.
De BionicCobot wordt intuïtief bediend via een speciaal ontwikkelde grafische gebruikersinterface. De gebruiker kan kiezen uit verschillende voorgeprogrammeerde acties, zoals "Grijpen", "Punt opslaan" of "Verplaatsen", zonder dat hij deze zelf in een complexe programmeertaal hoeft in te voeren. Zelfs complexe instellingen zoals parametrisering worden in de eerste stap door de software uitgevoerd. Deze selecteert automatisch de standaardwaarden voor de parameters (variabele waarden die aan de software moeten worden meegedeeld om de gewenste taken, zoals de snelheid waarmee de robotarm beweegt, op te lossen), die echter door de operator kunnen worden gewijzigd.
De functies van de robot worden in de software weergegeven door eenvoudig te begrijpen symbolen. De operator kan de gewenste acties op een tablet in een soort tijdlijn slepen en neerzetten en ze in elke gewenste volgorde ordenen - vergelijkbaar met een videobewerkingsprogramma. Zelfs herhalingen van bepaalde bewegingsreeksen of complexe als-dan-condities kunnen gemakkelijk worden gecompileerd en opgeslagen. Daarna kan hij virtueel in de simulatie op de tablet of in de eigenlijke beweging zien hoe de BionicCobot deze beweging uitvoert, eventuele fouten in de volgorde onmiddellijk herstellen of individuele parameters zoals de snelheid aanpassen.
Een andere mogelijkheid om te programmeren is teachen: de operator van de BionicCobot schakelt dan over naar de handmatige modus (balancermodus). In deze modus kan hij de cobot vrij bewegen en bepaalde posities en sequenties opslaan met de bedieningsknoppen op de robot. Als exacte punten nodig zijn die hij met de robotarm handmatig niet precies genoeg kan bereiken, kan hij deze fijnafstellingen uitvoeren met behulp van een D-pad op de tablet. Als een expert de robot wil programmeren, kan hij overschakelen naar een klassieke programmeermodus en de gewenste acties als code schrijven.
De grafische gebruikersinterface van de software heeft een interface naar het Robot Operating System (ROS). Daarin wordt het rekenwerk uitgevoerd: het bewegingspad van de robot wordt berekend op basis van de opgeslagen punten en eventuele botsingen worden gecontroleerd. Het open-sourceplatform ROS heeft op zijn beurt een interface met de Festo Motion Terminal, die gebruik maakt van complexe besturingstechnologieën om de kinematica van de robot te controleren.