Het Van Leeuwenhoek Laboratorium (VLL) van TNO in Delft is binnen het veld van de nanotechnologie een van de grootste (cleanroom) onderzoeksfaciliteiten in Nederland. Hier wordt onder meer onderzoek gedaan naar optieken en instrumentatie voor de lucht- en ruimtevaart. Een van de uitdagingen is daarbij een omgeving te creëren die zoveel mogelijk lijkt op ‘de ruimte’ buiten onze dampkring. Dat betekent dat in grote tanks wordt gestreefd naar een zo hoog mogelijk vacuüm en zeer lage temperaturen tot 160 °C of kouder, waarin de proeven worden uitgevoerd. Na deze testen wordt de ruimte weer opgewarmd met grote hoeveelheden (5 tot 6 kuub) perslucht.

Franco Brouwer is projectleider techniek CREF Corporate Real Estate & Facilities) bij TNO en in deze functie onder meer verantwoordelijk voor het onderhoud en modificaties aan de installaties. Binnen CREF was Teun Brussee medewerker techniek CREF bij TNO welke dit project begeleid heeft. Hij geeft aan: ‘De perslucht waarmee we de tanks weer opwarmen en op druk brengen, moet extreem droog zijn. Ieder watermolecuul dat met de perslucht mee naar binnen komt, zou mogelijk kunnen neerslaan op het meetobject. Wanneer dit te veel moleculen zijn, kunnen deze ten eerste de meetresultaten van de proeven verstoren en daarnaast ook serieuze beschadigingen aanrichten aan de elementen waarmee we testen.

Pre-audit

Met de toenemende eisen aan de persluchtkwaliteit, het toenemend aantal aanvragen voor het uitvoeren van testen en de eisen van klanten met betrekking tot de beschikbaarheid van de testfaciliteiten, besloot TNO dat de tijd rijp was voor een upgrade van het persluchtsysteem.

Een eerste stap bestond uit het uitvoeren van een pre-audit door Festo. Koen Leeflang is gecertificeerd auditeur en zeer ervaren in het inspecteren en verbeteren van complete persluchtsystemen: ‘Wij voeren een dergelijke audit regelmatig uit bij bedrijven om een volledig persluchtsysteem in kaart te brengen. Dit gebeurt volgens de ISO11011 waarmee we een uitstekend uitgangspunt in handen hebben om vervolgens te bepalen wáár veranderingen noodzakelijk zijn. Bij klanten die om een uitbreiding van de capaciteit vragen, betekent dit niet altijd het toevoegen van een compressor. Soms ligt de oplossing in een herindeling van het leidingwerk, dikkere leidingen of een andere slimme oplossing die de noodzaak van grote investeringen voorkomen. Daarnaast kunnen we in praktisch alle gevallen energiebesparende maatregelen voorstellen.’

Voor TNO lag de vraag wat gecompliceerder. Enerzijds was er de wens om de persluchtkwaliteit te verhogen, anderzijds was er een capaciteitsuitbreiding noodzakelijk. Uit de pre-audit bleek echter dat lang niet alle gebruikers de hoogste kwaliteit perslucht nodig hebben. Het zou daarom onnodig duur worden om een volledig nieuw persluchtsysteem te realiseren dat alle gebruikers voorziet van de zeer droge perslucht.