geïntegreerd. Wordt er een bepaalde drempelwaarde overschre-
den, dan activeert de verpakking een alarmsignaal dat bijvoor-
beeld doorgegeven wordt aan de transportwagen. Die kan
daarop actie ondernemen en het koelsysteem activeren. Die
technologie wordt al toegepast bij het transport van zakken
bloedplasma. De grootste winst zit hem hier in de directe
wisselwerking tussen object en klimaatbeheersing zonder dat er
menselijke tussenkomst nodig is.”
“Wanneer zullen de Industrie 4.0 operationeel zijn en kunnen
bestaande fabrieken ook worden omgebouwd of opgewaar-
deerd?”
Wahlster:
Het grote voordeel van Industrie 4.0 is dat het gelei-
delijk geïmplementeerd kan worden. Met fysiek-cybernetische
systemen kun je een fabriek aanpassen, terwijl hij operationeel
is. Het gaat daarbij om het integreren van de benodigde sen-
soren, het uitrusten van systeemcomponenten met miniatuur-
servers en het vervangen van bussystemen. Dat houdt in dat je
beginnen kunt bij afzonderlijke machines en dan geleidelijk de
hele fabriek kunt ombouwen. De vaak besproken “vierde indus-
triële revolutie” is in feite een evolutie van machines. Vooralsnog
is er geen “Fabriek 4.0” operationeel, maar onderzoekers en
industriële partners werken er hard aan om daar verandering in
te brengen.”
“Bij het Duitse Onderzoekscentrum voor Kunstmatige Intel-
ligentie (DFKI) in Kaiserslautern runnen we nu een aantal jaren
de eerste Smart Factory bij wijze van live laboratorium. Deze
verschaft ons de referentie-architectuur voor Industrie 4.0.
Op zijn vroegst zullen de eerste fabrieken die hier volledig op
gebaseerd zijn over vijf jaar in bedrijf gaan. Bij de conversie of
opwaardering van bestaande fabrieken gaan de zaken sneller.
We kunnen ervan uitgaan dat hier binnen twee of drie jaar de
eerste fabrieken gebruik zullen maken van een of meer fysiek-
cybernetische productieprincipes.”
“Heeft de industriële productie in de toekomst nog wel men-
sen nodig?”
Wahlster:
“Meer dan ooit. Complexe, unieke producten zijn niet
te vervaardigen zonder het werk van goed opgeleide arbeiders.
In de Fabriek 4.0 volgt de productie het tempo dat aangegeven
wordt door de mensen in plaats van omgekeerd. Maar een aan-
tal taken van die mensen zal er in de toekomst anders uitzien.
Een nieuwe generatie lichte robots zal direct samenwerken met
mensen. In Industrie 4.0 worden robots actieve medewerkers
van de mens, met mensachtige mogelijkheden om risico’s te
mijden, zodat ze geen gevaar opleveren voor mensen. Omdat
ze zich van hun omgeving bewust zijn, kunnen ze zelfs ingewik-
kelde situaties evalueren én medewerkers ondersteunen bij het
uitvoeren van handmatig verrichte taken, als onderdeel van een
industrieel hulpsysteem. Festo loopt daarin voorop dankzij haar
research op het gebied van de bionica. Het daarin gespeciali-
seerde ontwikkelingsteam heeft een belangrijke stap vooruit ge-
zet met de Bionic Handling Assistant en de Exohand. Uiteindelijk
zullen het de mensen zijn die profiteren van de ontwikkelingen
in Industrie 4.0.”